Met het toneelstuk Krankheit der Jugend opent ‘t Barre Land het repertoire-onderzoek dat de komende jaren onder de titel De Slaapwandelaars wordt vertoond.
Op een gegeven moment besluiten bezoekers van de Parijse Opéra dat zij genoeg hebben van de regenbuien op hun kop bij het verlaten van de schouwburg. Van hout maken ze een overkapping vanaf de deur van het theater naar de dichtstbijzijnde winkelgalerij. Walter Benjamin beschrijft hoe de etalages van de warenhuizen de flaneurs uitnodigen om, met hun neus tegen de ruit gedrukt, weg te dromen naar werelden die achter de uitgestalde artikelen schuilgaan; als vensters naar een virtualiteit. Hij ziet de 19e eeuw wegglijden in de droombeelden en phantasmagorieën van een slaapwandelende mensheid.
De Slaapwandelaars is de ondertitel van de romancyclus van Herman Broch (1932). Hij analyseert daarin de ontwikkelingen die tot de gewelddadige uitbarsting van de Eerste Wereldoorlog leidden vanuit de simpele vraag: zijn wij krankzinnig omdat we niet krankzinnig zijn geworden?
Het ‘slaapwandelen’ beschrijft het gevoel van een vacuümtoestand die ontstaat als een oud waardesysteem verdwijnt en een nieuw nog niet is ontstaan. Waar een samenleving niet wakker is, in slaap lijkt te zijn gevallen en waar totalitarisme en fascisme gemakkelijk kunnen opkomen. Een periode vlak voor een gewelddadige uitbarsting of grote omwenteling.
„ Uiteengevallen is iedere vorm, in een schemerlicht van doffe onzekerheid boven de spookachtige wereld zoekt de mens op de tast zijn weg, als een verdwaald kind, aan de leidraad van een of ander kortademig logicaatje door een droomlandschap dat hij werkelijkheid noemt en dat toch niets anders dan een nachtmerrie voor hem is.” (Herman Broch)
In het stuk Krankheit der Jugend oppert Ferdinand Bruckner dat jonge mensen in het interbellum aan het einde van hun studie geen andere keuze hebben dan zelfmoord of trouwen – dat wil zeggen op het juiste moment verburgerlijken.
Met deze vrolijke en messcherpe tekst uit 1924 over zeven jonge mensen die alle mogelijke wegen aftasten om niet krankzinnig te worden, verplaatst ‘t Barre Land zich wederom via het repertoire naar een andere plek, in een andere tijd. Door parallellen te trekken tussen verschillende werelden en perspectieven, de achterliggende mentaliteit, de complexiteit en het paradoxale karakter daarvan, onderzoekt het gezelschap de eigen dubbelhartigheid in een poging om – in de woorden van Geert Mak – ’de geschiedenis te herkennen terwijl je er middenin zit’.
Op het toneel staan: Vincent van den Berg/Yorke Mulder-Bhangoo/Luca Bryssinck/Margijn Bosch/Jacobien Elffers//Isabelle Houdtzagers
en
Czeslaw de Wijs en Lotus Friede (dramaturgie)/Esra J. Merkel (publiciteit)/Ezra Bredius (zakelijk)/Herman van Bostelen(grafisch)/Sofie Knijff (fotografie)